Niet-genoteerd vastgoed voor het eerst verlieslatend sinds 2014

De niet-genoteerde vastgoedsector raakt steeds meer in de greep van corona. Voor het eerst sinds 2014 registreert Inrev in het tweede kwartaal een negatief totaalrendement, al blijft de schade beperkt tot -0,33 procent.

Dat blijkt uit de uitkomsten van de Inrev Quarterly Asset Level Index over het tweede kwartaal. Gedurende het eerste kwartaal van dit jaar was er ondanks de corona-uitbraak nog een positief totaalrendement van 0,50 procent. Het tweede kwartaal bood met -0,33 procent het laagste totaalrendement sinds de eerste meting van de index, in het eerste kwartaal van 2014.

Volgens Inrev komen de prestaties van de sector steeds meer onder druk te staan van covid-19. Inrev is de in Amsterdam kantoorhoudende Europese branchevereniging voor niet-beursgenoteerd vastgoed.

De Inrev Quarterly Asset Level Index meet de prestaties van de onderliggende individuele gebouwen en niet de prestaties van het totale fonds, zoals de Inrev Quarterly Fund Index.

Negatieve waardeontwikkeling

De verslechtering van totaalrendement is volledig toe te schrijven aan de negatieve waardeontwikkeling van -1,21 procent in het tweede kwartaal. Ook in het eerste kwartaal was er al sprake van een negatief indirect resultaat (-0,45 procent) maar dat werd toen nog gecompenseerd door het directe resultaat uit de huurinkomsten, dat +0,95 procent bedroeg. In het tweede kwartaal daalde het directe resultaat naar 0,89 procent.

Uit de Inrev Quarterly Fund Index komt ongeveer een soortgelijk beeld naar voren met een totaalrendement dat voor het eerst sinds het vierde kwartaal 2012 in het rood belandt met -0,60 procent. In het eerste kwartaal was dat nog een minimaal plusje van 0,05 procent.

Retail slechtste sector

Residentieel vastgoed was de best presterende sector voor de fondsenindex, ondanks een daling van het totaalrendement naar 1,19 procent. In het eerste kwartaal leverden woningen nog een kwartaalrendement op van 2,79 procent. Slechtste jongetje van de klas, niet geheel verrassend, is winkelvastgoed dat al voor het vijfde kwartaal op rij beleggers een verlies oplevert. In het tweede kwartaal pakte dat met -3,99 procent helemaal beroerd uit. Dat is de slechtste prestatie sinds het tweede kwartaal van 2009. Kantoren leverden een totaalrendement op van 0,38 procent en industrieel/logistiek 0,62 procent.

Huurinkomsten

Volgens een enquête van Inrev onder haar leden was het incasseren van de huren ‘een hele uitdaging’ voor zowel de closed-end als open-end fondsen gedurende het tweede kwartaal. Maar liefst 21,5 procent van de respondenten gaf aan minder dan de helft op tijd overgemaakt te krijgen, tegen 14,1 procent in het eerste kwartaal. Slechts 66 procent ontvangt 75 procent tot 100 procent van de huur op tijd, in het eerste kwartaal was dat nog 78 procent.

Ook verwacht meer dan driekwart van de respondenten dat de pandemie een drukkend effect zal hebben op de toekomstige resultaten. In de eerste drie maanden van dit jaar was dat nog 66,7 procent. Ook dit duidt op een verslechtering van het sentiment.

Sentiment en corona

Volgens het tweede onderzoek van Inrev naar de impact van het virus op het sentiment in de sector is 75 procent van de beleggers en vastgoedvermogensbeheerders bereid om te praten met hun huurders over de huurbetaling, bijvoorbeeld in de vorm van uitstel of huurverlaging. Een derde gaf aan investeringsplannen bij te stellen in verband met corona, tegen 55 procent in mei, toen het eerste onderzoek werd uitgevoerd. Inrev is van plan het corona sentimentsonderzoek tweemaandelijks te houden.

In een toelichting constateerde ceo Lonneke Löwik dat de resultaten van het tweede kwartaal bevestigen dat de sector bepaald niet gevrijwaard blijft van de negatieve effecten van de pandemie. Tegelijkertijd noemde zij het ‘bemoedigend’ dat sinds het begin van dit jaar tot en met augustus het volume van de grote beleggingsdeals (groter dan 250 miljoen euro) zelfs is gestegen in vergelijking tot vorig jaar. ‘Hartverwarmend is in ieder geval het breed gedragen sentiment bij fondsmanagers en beleggers dat ze hier samen met hun huurders in zitten.’

Bron: Vastgoedmarkt