Begrippenlijst
Hier zijn enkele begrippen over investeren in vastgoed die je wellicht tegenkomt.
A
Aankoopkosten
De kosten in verband met de verwerving van het vastgoed, te weten: overdrachtsbelasting, omzetbelasting, transactievergoeding, taxatiekosten, notariskosten en kosten kadaster en due diligence kosten.
Aandelen
Een aandeel is een bewijs van deelneming in het eigen vermogen van een onderneming. Een aandeelhouder is daardoor mede-eigenaar van de onderneming voor het percentage aandelen dat hij bezit. Aan een aandeel is gewoonlijk stemrecht verbonden.
Administratiekantoor
De houder van alle gewone aandelen in het vastgoedfonds tegen uitgifte van certificaten aan certificaathouders.
Administratievoorwaarden
De door het administratiekantoor vastgestelde voorwaarden voor het ten behoeve van certificaathouders in administratie nemen en houden van aandelen in het kapitaal van het vastgoedfonds.
AFM
Stichting Autoriteit Financiële Markten.
B
Beheerder
Annexum Beheer B.V.
Beheerovereenkomst
De overeenkomst tussen het vastgoedfonds en de beheerder zoals deze van tijd tot tijd luidt, waarin is overeengekomen dat de beheerder optreedt als beheerder van de vastgoedfonds en waarin de voorwaarden voor het beheer zijn vastgelegd.
Beheervergoeding
Een vergoeding aan de beheerder voor het beheer van het vastgoedfonds zoals hier nader omschreven.
Beleggingsbeleid
Het beleid en de strategie dat door de beheerder wordt gehanteerd bij het beheer van de beleggingsportefeuille van het vastgoedfonds.
Beleggingsfonds
Een type beleggingsvehikel waarin geld van verschillende beleggers wordt samengebracht en beheerd door professionele fondsbeheerders.
Beleggingsresultaat
Het direct beleggingsresultaat en het indirect beleggingsresultaat bij elkaar opgeteld.
Bewaarder
De van de beheerder onafhankelijke bewaarder, IQ EQ Depositary B.V., die de taken heeft als voorgeschreven door de Alternative Investment Fund Managers Directive.
Bruto aanvangsrendement (BAR)
De jaarlijkse inkomsten van een vastgoedbelegging als percentage van de initiële investering.
Bruto huuropbrengsten
De gefactureerde huuropbrengsten (excl. BTW) inclusief eventuele gefactureerde afkoopsommen (excl. BTW).
C
Certificaat
De belichaming van rechten en verplichtingen, afgeleid van een gewoon aandeel in het kapitaal van het vastgoedfonds, van een certificaathouder jegens het administratiekantoor, het vastgoedfonds en derden.
Certificaathouder
Een persoon of entiteit die middels het administratiekantoor deelneemt in het vastgoedfonds door het houden van een of meerdere certificaten.
Closed-end fonds
Een fonds met een vast aantal uitstaande aandelen, waar beleggers niet op elk moment in of uit kunnen stappen.
Cumulatief Preferente Aandelen (Cumpref aandelen)
Aandelen waarin niet-uitgekeerde dividenden worden opgestapeld en moeten worden betaald voordat dividenden worden uitgekeerd aan gewone aandeelhouders.
D
Deelnamesom
Het bedrag (exclusief emissiekosten) dat door een certificaathouder dient te worden voldaan ter verkrijging van certificaten. Bestaande uit het aantal certificaten waarop is ingeschreven vermenigvuldigd met de uitgifteprijs.
Direct beleggingsrendement
Direct beleggingsresultaat per certificaat over een bepaalde periode, gedeeld door de handelswaarde bij aanvang van desbetreffende periode.
Direct beleggingsresultaat
Exploitatieresultaat minus rentekosten.
Diversificatie
Het spreiden van beleggingen over verschillende activa/fondsen om het risico te verminderen.
Dividend
Dividend vertegenwoordigt het deel van de winst van een bedrijf of investeringsmaatschappij dat wordt uitbetaald aan aandeelhouders.
Dividendbelasting
De belasting die wordt ingehouden op dividenden die aan beleggers worden uitgekeerd.
Due diligence
Het grondig onderzoeken van alle aspecten van een vastgoedinvestering voordat een transactie plaatsvindt.
E
Emissiekosten
Een vergoeding aan de beheerder voor de plaatsing van de certificaten, die gerekend worden bovenop de deelnamesom, gelijk aan 2% van die deelnamesom.
Exploitatieresultaat
De bruto huuropbrengsten van het vastgoed minus de operationele kosten, exclusief afschrijvingen, herwaardering en amortisatie.
Exploitatie-uitgaven
De variabele kosten voor de vastgoedexploitatie. De exploitatiekosten komen direct ten laste van het resultaat. De exploitatiekosten, uitgedrukt als percentage van de theoretische bruto huuropbrengsten, worden ingeschat op 16% van de theoretische bruto huuropbrengsten. De exploitatiekosten bestaan onder meer uit gemeentelijke belastingen (OZB, rioolrechten en waterschapslasten), de verzekeringspremies (opstal- en brandverzekering), onderhoud en propertymanagement (technisch, commercieel en administratief vastgoedbeheer).
Exitstrategie
De geplande manier waarop het fonds zijn beleggingen van de hand doet, zoals de verkoop van activa.
F
Financiering
De hypothecaire geldlening(en) die ter financiering van het vastgoed worden aangetrokken.
Financieringskosten
De kosten die bij het aangaan of herfinanciering van de financiering door de bank in rekening worden gebracht, zoals (i) afsluitprovisie, (ii) bereidstellingsprovisie, (iii) de kosten voor het fixeren van de hypotheekrente en (iv) adviseurskosten, alsmede de kosten die het vastgoedfonds zelf maakt in verband met het aangaan van de financiering.
Financieringsrisico
Het risico dat zich problemen voordoen met betrekking tot de financiering van de vastgoedbelegging, zoals herfinancieringsproblemen of stijgende rentetarieven.
Financiële hefboomwerking
Het gebruik van geleend geld om een investering te financieren.
Financieel hefboomrisico
Het risico dat ontstaat wanneer een investeerder aanzienlijke schulden/leningen gebruikt om een investering te financieren, waardoor de impact van winst/verliezen toeneemt.
Fiscale winst
De winst volgens fiscale maatstaven, vastgesteld volgens geldende fiscale wet- en regelgeving en jurisprudentie.
Fondskosten
Uitgaven die worden gedaan om het vastgoedfonds te exploiteren (exclusief de vergoedingen aan beheerder), en niet rechtstreeks aan de exploitatie van het vastgoed zijn toe te rekenen. Hieronder vallen: kosten met betrekking tot de accountant, NPEX, niet verrekenbare BTW beheerkosten, de bestuursaansprakelijkheids-verzekeringen, de vergoeding voor het bestuur van het administratiekantoor, de vergoeding voor de bewaarder, de vergoeding voor de Raad van Commissarissen, kosten in verband met toezicht van de AFM, kosten voor fiscaal en juridisch advies en overige fonds gerelateerde kosten die gedurende de looptijd worden gemaakt.
Fondsvoorwaarden
Het geheel van de statuten van het vastgoedfonds, de administratievoorwaarden de beheerovereenkomst zoals deze van tijd tot tijd luiden.
H
Handelswaarde
De handelswaarde van een certificaat zoals vastgesteld en gepubliceerd door de beheerder op elke waarderingsdatum.
Herinvesteringsreserve (HIR)
Een fiscale regeling waarbij de boekwinst gerealiseerd op de verkoop van een vastgoedobject opzij kan worden gezet voor herinvestering in een nieuw vastgoedobject om de belastingheffing uit te stellen.
Historische deelnamesommen
Het totaal van door certificaathouders gestorte deelnamesommen sinds de oprichting van het vastgoedfonds, zonder rekening te houden met op- of afslagen op de handelswaarde of met emissiekosten, en onder aftrek van de totale inkoopprijs bij inkoop van certificaten sinds de oprichting van het vastgoedfonds (zonder rekening te houden met de inkoopvergoeding). Voor de berekening van de historische deelnamesommen wordt het bedrag aan historische deelnamesommen per 31 december 2015 geïndexeerd met ingang van 1 januari 2016. Vervolgens wordt het totaalbedrag aan historische deelnamesommen dat uitstaat op 1 januari van elk jaar geïndexeerd per 1 januari van het opvolgende jaar.
I
Indirect beleggingsrendement
Het indirect beleggingsresultaat per certificaat over een bepaalde periode gedeeld door de handelswaarde bij aanvang van deze periode.
Indirect beleggingsresultaat
De herwaardering en afschrijvingen op de bijkomende kosten van het vastgoed alsmede uit afschrijvingen op immateriële vaste activa, en geamortiseerde financieringskosten.
Intrinsieke waarde
Het verschil tussen de activa en de schulden van het vastgoedfonds, berekend volgens de in het prospectus vermelde waarderingsgrondslagen.
J
Juridisch risico
Risico’s die voortvloeien uit juridische kwesties, zoals geschillen met huurders, onduidelijke eigendomsrechten of wijzigingen in wet- en regelgeving die de vastgoedmarkt beïnvloeden.
K
Koopprijs
De koop- of verkoopprijs van het vastgoed exclusief de aankoopkosten.
L
Leegstandsrisico
De mogelijkheid dat een pand niet volledig wordt verhuurd, wat kan leiden tot verlies van huurinkomsten.
M
Marketingkosten
Door externe partijen in rekening gebrachte kosten die verband houden met de emissie. Het gaat hierbij om kosten met betrekking tot externe kosten voor marketing en public relations, accountantskosten, notariskosten alsmede juridisch en fiscaal advies over de emissie.
Marktrisico
Het risico van verlies door schommelingen op de vastgoedmarkt.
MyAnnexum
Een uitsluitend voor certificaathouders toegankelijk deel van de website, waar voor de certificaathouders relevante documenten of kennisgevingen met betrekking tot het vastgoedfonds in elektronische vorm ter beschikking worden gesteld.
N
Netto aanvangsrendement (NAR)
De netto-opbrengst als percentage van de aankoopprijs.
NPEX
Nederlandsche Participatie Exchange B.V., een online platform voor de handel in certificaten.
O
Operationele kosten
Alle uitgaven met betrekking tot de exploitatie van het vastgoedfonds en het vastgoed die niet uitdrukkelijk voor rekening komen van de beheerder, doch exclusief rentekosten en aflossingen verband houdende met de financiering. De voornaamste operationele kosten zijn: de exploitatie-uitgaven, de vergoedingen aan de beheerder en de fondskosten.
Overige beleggingen
Aandelen, participaties of obligaties uitgegeven door vastgoedondernemingen (waaronder beleggingsinstellingen), contanten of deposito’s.
P
Performancevergoeding
Een vergoeding aan de beheerder in het geval dat op basis van de jaarrekening van het vastgoedfonds wordt vastgesteld dat het direct beleggingsresultaat van het vastgoedfonds in enig boekjaar meer bedraagt dan 7,5% van de historische deelnamesommen. De performancevergoeding bedraagt 20% (exclusief BTW) over het meerdere.
Property management vergoeding
Een vergoeding aan de beheerder betreffende de marktconforme kosten van het property management van het vastgoed.
R
Rendement
Het rendement op een investering, uitgedrukt als percentage van het geïnvesteerde bedrag.
Rentekosten
De periodieke kosten in verband met opgenomen leningen en rentebaten en lasten inzake het rekening-courant.
Residentieel vastgoed
Onroerend goed zoals appartementen, huizen en vakantiehuizen.
S
Structureringsvergoeding
Een vergoeding aan (de moedervennootschap van) de beheerder ter grootte van 3% over de uitgifteprijs van certificaten die door het vastgoedfonds worden uitgegeven.
T
Theoretische bruto huuropbrengst
De huuropbrengsten van het vastgoed indien alle objecten van het vastgoed volledig zijn verhuurd.
Toestemmingsronde
Een periode waarin beleggers wordt gevraagd om specifieke beslissingen of transacties van het fonds goed te keuren. Tijdens deze ronde kunnen beleggers stemmen om voorgestelde acties goed of af te keuren.
Totaal beleggingsrendement
Direct beleggingsrendement en het indirect beleggingsrendement tezamen.
Transactievergoeding
Bij aankoop en verkoop van vastgoed ontvangt de beheerder een vergoeding voor de begeleiding van het transactieproces. Deze transactievergoeding bedraagt bij aankoop 2% van de koopprijs kosten koper. Hieruit betaalt de beheerder de kosten van: (i) de selectie en de beoordeling van het vastgoed, (ii) het voeren van de onderhandelingen op basis van een marktconform tarief, (iii) makelaarskosten, en (iv) begeleiding van de due diligence onderzoeken. Bij verkoop van vastgoed ontvangt de beheerder 1% van de vervreemdingsprijs van het vastgoed. Hieruit betaalt de beheerder de kosten van: (i) het voeren van de onderhandelingen, (ii) begeleiding van due diligence onderzoeken.
V
Vastgoed
De vastgoedportefeuille waarin door het vastgoedfonds wordt belegd. Vastgoed wordt ook wel onroerend goed genoemd. Voorbeelden van vastgoed zijn huizen, bedrijfspanden, winkels of fabrieken. Niet alleen de gebouwen vallen onder vastgoed, ook de bijbehorende grond zien we als onderdeel van vastgoed.
Vastgoedfonds
De entiteit die (door middel van dochtervennootschappen) investeert in het vastgoed en waarin door middel van certificaten kan worden belegd. Dit kan bestaan uit onroerend goed zoals kantoren, winkels en appartementencomplexen. Het doel is om rendement te genereren door deze activa te verhuren of te verkopen.
Vennootschapsbelasting
Belasting die wordt geheven op de winst van vastgoedfondsen.
W
Waarderingsdatum
De dagen waarop door de beheerder de handelswaarde wordt berekend en gepubliceerd, in beginsel de eerste werkdag van iedere maand.
Wft
Wet op het financieel toezicht.