Plus vaart wel met eigenzinnige e-commerce aanpak

Boodschappen doen in de supermarkt

Supermarktorganisatie Plus bouwt in Oss – tegen de trend in – een centraal distributiecentrum van bijna 50.000 m2 dat alle winkels vanaf eind 2022/begin 2023 gaat beleveren. Ook opmerkelijk: de lokale supermarkten regelen zelf de afwikkeling van de boodschappen voor de online klant.

Het toekomstige distributiecentrum van Plus in Oss.

Waar de twee grootste supermarktbedrijven Albert Heijn en Jumbo geloven in scheiding van de goederenstromen voor de fysieke winkels en voor e-commerce en de bouw van aparte hubs vlakbij steden, kiest Plus juist voor centralisatie en integratie van haar droge kruidenierswaren vanuit één dc. Het volledig gemechaniseerde centrale distributiecentrum op bedrijventerrein Vorstengrafdonk in Oss zal de bestaande vier dc’s in het Limburgse Ittervoort, het Overijsselse Haaksbergen en in Noord- en Zuid-Holland (Beemster en Hendrik-Ido-Ambacht) geleidelijk vervangen.

De bouwtechnische oplevering door aannemer Van de Ven vindt in de zomer plaats, waarna mechaniseringspartner Witron de magazijninrichting ter hand neemt. Eind 2022/begin 2023 moet het dc volledig operationeel zijn. Plus houdt het gebouw zelf in eigendom. De totale investeringskosten worden door marktvorsers op tenminste 100 miljoen euro geschat. Zelf doet Plus daar geen uitspraken over.

Jaren vertraging

Eigenlijk had het dc, gepland in Tiel, al vorig jaar de feestelijke opening moeten beleven. De bouwplannen kwamen echter terecht in de stikstofmolen die de hele bouwsector de afgelopen jaren in zijn greep had en houdt. Zelfs de Raad van State en indirect het Europees Hof hielden zich bezig met de zaak. Uiteindelijk duurde de onzekerheid te lang en koos Plus na jaren vertraging voor verplaatsing van de plannen naar het Brabantse Oss.

Succesvolle e-commerce aanpak

De e-fulfilmentstructuur van deze succesvolle coöperatie is even simpel als ingenieus. De medewerkers in de 268 lokale Plus supermarkten doen in hun rol als orderpicker de boodschappen uit het winkelschap aan de hand van de online ingevulde boodschappenlijst, waarna het plaatselijke Plus bestelbusje de bestelling bij de deur van de klant aflevert. Niks ingewikkelde e-commercestrategieën met aparte e-fulfilment-warehouses en speciale hubs voor last mile delivery.

Plus, de nummer 3 van de full-service supermarktwereld, vaart er wel bij. Vorig jaar groeide de omzet met 14 procent tot 3 miljard euro, aanzienlijk hoger dan de marktgroei van 9 procent. En dat gebeurde met de bestaande winkels. Het marktaandeel steeg naar 6,7 procent, versus 6,5 procent in 2019. De online omzet groeide maar liefst met 130 procent!

Nieuwe winkels

De aanpak is zo succesvol dat Plus nu driftig zoekt naar uitbreidingsmogelijkheden van het bestaande winkeloppervlak van 288.777 m2 en ook naar potentieel tientallen nieuwe winkels door het hele land. Grofweg een kwart van de 268 supermarkten is in eigendom van Plus. De rest is in bezit van de individuele leden of wordt gehuurd van beleggers.

In verband met de expansieplannen is de inmiddels 45 medewerkers tellende vastgoedafdeling de afgelopen tijd behoorlijk uitgebouwd. Deze afdeling zal nog verder versterkt worden. ‘Het zou mooi zijn als we de komende jaren kunnen groeien naar 300 winkels. We groeien al jaren harder dan de markt, zijn de meest verantwoorde supermarkt en kunnen met onze lokale ondernemer echt een toevoeging zijn aan het marktgebied. Eigenlijk is onze enige rem de beschikbaarheid van goede locaties’, spreekt Björn Bertrand, directeur Vastgoed & Ontwikkeling bij Plus, enthousiast. Vorig jaar juni trad hij toe tot de directie als opvolger van Luuk Lantinga die met pensioen ging. Voordien was Bertrand onder andere werkzaam in vastgoedfuncties voor Ahold, Jumbo en Boels Rental.

Rijst de vraag: waarom kiezen de andere supermarktorganisaties niet voor het ‘simpele’ e-commerce-model van Plus?

Bertrand: ‘Ik kan uiteraard alleen spreken voor Plus. Ons organisatiemodel als coöperatie is hierbij essentieel. Wij kennen geen filialen. Alle winkels worden geëxploiteerd door lokale ondernemers, die gezamenlijk eigenaar zijn van Plus. Deze ondernemers maken plaatselijk het verschil. Daar is ons succes op gebaseerd. We willen heel dicht bij die klant staan en daarom de boodschappen lokaal laten bezorgen en niet vanuit een centraal punt.’

‘In het verleden is er inderdaad over gedacht om een aparte e-commerce structuur op te zetten. Maar door de enorme groeiende vraag van online als gevolg van corona hebben we wederom ervaren dat we dankzij deze aanpak juist snel kunnen reageren. Omdat ondernemers nu eenmaal lokaal veel sneller kunnen leveren. Zo hebben we ook heel veel nieuwe klanten aan ons kunnen binden. Die positieve lijn heeft zich ook dit jaar voortgezet.’

Betekent het niet dat de werkdruk met al die online boodschappen in de supermarkten flink is toegenomen? En dat jullie meer opslagruimte in de winkels nodig hebben?
‘Zeker neemt het werk toe. Maar onze ondernemers zijn goed in staat om dat in de juiste banen te leiden.’

‘Het betekent inderdaad ook dat we meer ruimte nodig hebben in de bestaande winkels, niet alleen uitbreiding van het netto-oppervlakte voor de klanten. Maar ook in het magazijn aan de achterkant van de winkel. We willen daarom waar nodig en mogelijk extra vierkante meters toevoegen aan de magazijnen van de winkels. Het gaat overigens niet om zoveel extra ruimte om aparte containers voor online-klanten neer te zetten, want die orders worden gepickt door de medewerkers in de winkel zelf. Het betreft vooral extra ruimte om onze mooie groene kratten neer te zetten in afwachting van aflevering aan de klant. De benodigde extra ruimte verschilt erg per locatie. We hebben winkels die een hoog percentage van de omzet online doen, en die dat veel minder doen. Dat verschilt nogal.’

Vanwaar dat verschil?

‘Dat hangt vooral van het type publiek af. Ruwweg kun je stellen dat hoe meer gezinnen met kinderen in het verzorgingsgebied wonen, des te groter de online aankopen zijn.’

Is Oss de ideale locatie om een centraal distributiecentrum voor heel Nederland op te zetten?
‘Tiel bood oorspronkelijk veel mogelijkheden, maar op een gegeven moment moesten er keuzes gemaakt worden en Oss is met de centrale ligging en goede aansluiting op het wegennetwerk een heel geschikt alternatief. Maar we gaan niet over een nacht ijs. We hebben nog een ruime aanloopperiode om alle veranderingen in goede banen te leiden, zodat de logistiek het meest efficiënt kan verlopen. Het wordt natuurlijk wel een puzzelstukje qua timing hoe we goed de overgang maken. Door het project in eigen hand houden en niet in zee zijn gegaan met een projectontwikkelaar of een ontwikkelende belegger houden we volledig grip op het proces en de keuzes die moeten worden gemaakt en zijn we niet afhankelijk van derden.’’

 

Bron: Vastgoedmarkt


Gerelateerde artikelen