Thuiswerken heeft voordelen, maar hoe hou je die straks vast?

Thuiswerken

Thuiswerken Welke voordelen van thuiswerken willen we behouden, als we – ooit – weer massaal naar kantoor mogen? De kunst is daar nú al over na te denken. „Voor je het weet, vullen de wegen zich weer met auto’s.”

Citroenvlinders komt ze tegen, koolwitjes en oranjetipjes. Tijdens haar lunchpauzes steekt Jildou Spoelstra haar straat in het Friese dorpje Terwispel over en ze staat in een natuurgebied.

De 49-jarige projectleider duurzame inzetbaarheid bij de Rijksuniversiteit Groningen vindt de dagelijkse wandelingen een van de grote voordelen van thuiswerken. „Vóór corona werkte ik twee, hooguit drie dagen per jaar thuis. Ik croste altijd heen en weer, elke keer drie kwartier in de auto.”

Ook als het straks niet meer nodig is vanwege de pandemie, verwacht Spoelstra – die na een relatiebreuk alweer jaren alleen woont – dat ze vaker vanuit huis blijft werken. Ze is niet de enige. Een kwart van de mensen die nu meer thuiswerken en een derde van mensen die vaker op afstand vergaderen denken dit te blijven doen, bleek vorige week uit cijfers van het Kennisinstituut Mobiliteit. Het KiM verzamelt informatie voor het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.

Een kanttekening: lang niet iedereen kán thuiswerken, meldt het KiM, dat al jaren de werksituatie en het reisgedrag volgt van een representatieve groep van ruim 2.000 Nederlanders. Bijna 10 procent van hen blijkt sinds de coronarestricties minder te zijn gaan werken, nog eens 5 procent is helemaal gestopt. Bijvoorbeeld omdat ze geen opdrachten kregen.

Straks weer in de file?

De mensen die wel vanuit huis aan de slag kunnen, zijn „overwegend positief”, aldus het rapport van het KiM. Ruim 60 procent zegt dat thuiswerken hen makkelijk afgaat. De meeste respondenten hebben thuis een goede werkplek, voelen zich productief, zijn positief over vergaderen op afstand en voelen zich goed ondersteund door hun werkgever. Het instituut concludeert dat de coronacrisis de manier waarop we werken „mogelijk blijvend” gaat veranderen.

Jitske Kramer, eigenaar van organisatieadviesbureau Human Dimensions, vindt die voorzichtige bewoordingen van het KiM verstandig. Want een tijdelijke gedragsverandering – zoals thuiswerken vanwege corona – wordt niet zomaar permanent. „Als je nu vraagt: ga jij straks die file weer in, dan zegt iedereen nee. Maar zodra we weer naar kantoor mogen, blijkt het toch handig om persoonlijk bij die vergadering met de projectgroep te zijn. Voor je het weet vullen de wegen zich weer.”

Voor blijvende verandering is het cruciaal om juist nu te bespreken hoe men straks wil werken, zegt Kramer, nu bestaande gewoontes zijn weggevallen. Maar op veel plekken is het nog te vroeg voor zo’n gesprek, signaleert ze. „Veel sectoren zitten nog in crisismodus. Een docent die haar uiterste best doet om haar hele klas betrokken te houden bij het online onderwijs, zal over zo’n evaluatie zeggen: mag ik eerst even mijn werk doen?”

Appen tijdens de vergadering

Als het wel tot zo’n gesprek komt, ga er dan vanuit dat de meningen over de voor-en nadelen van thuiswerken verschillen. Bijvoorbeeld tussen werkgevers en werknemers. Dat zegt Gijs van Blokland, algemeen directeur van DataIM, een dataverzamelingsbedrijf dat begin april met onderzoeksbureau Skwadraat in een representatieve peiling vroeg naar werksituaties vóór de coronamaatregelen en nu. „De meeste werknemers bleken hun inzet thuis even goed te vinden als op kantoor, maar werkgevers gaven juist aan daar niet altijd voldoende zicht op te hebben.”

DataIM overweegt een tweede peiling nu de richtlijn om zoveel mogelijk thuis te werken is verlengd tot minstens 19 mei. Het bedrijf houdt ook interne enquêtes bij organisaties die meer willen weten over de werkervaring van hun personeel in coronatijd. Maar ook Van Blokland merkt dat op de meeste plekken nog geen behoefte is aan evaluaties. „We hadden al afspraken staan met ziekenhuizen om voor de zomer een tevredenheidsonderzoek te doen onder het personeel. Toen we belden of ze die vragenlijsten wilden aanpassen vanwege de coronacrisis, was daar nog geen tijd voor. Logisch ook.”

Leidinggevenden die er al aan toe zijn met hun team te bespreken welke veranderingen ze willen behouden, moeten vooral zorgen dat mensen eerlijk hun ervaring kunnen delen, zegt organisatieadviseur Kramer. „Lessen trekken werkt alleen als mensen erop vertrouwen dat ze er niet op worden afgerekend als ze vertellen hoe thuiswerken er écht aan toegaat. Inclusief stiekem met anderen appen tijdens een online vergadering. De hoogste in rang moet daarom als eerste openheid geven.”

Word je ongeduldig omdat je manager nog niet bezig is met hoe de werkvloer er straks uitziet? Schrijf je eigen lessen over thuiswerken op en wissel ervaringen uit met collega’s, adviseert Kramer. Zo ben je goed voorbereid op het moment dat je leidinggevende wel toe is aan evalueren.

Bedenk wel dat steun vanuit de top van de organisatie uiteindelijk nodig is om veranderingen blijvend te maken, zegt Kramer. „Mensen die buiten de formele macht om zaken proberen te veranderen, eindigen meestal op de brandstapel.”

 

Bron: NRC


Gerelateerde artikelen