Brengt Prinsjesdag de woningmarkt in beweging?

Prinsjesdag | Den Haag

Ondanks haar demissionaire status kon het kabinet op Prinsjesdag niet om enkele besluiten heen. Zij trok onder andere extra geld voor de nieuwbouw van woningen uit. Maar lost deze financiële impuls de problemen op de woningmarkt op? En wat is er op Prinsjesdag bekendgemaakt over de omstreden plannen die gevolgen hebben voor de beleggers op de woningmarkt?

Extra geld om sneller betaalbare woningen te bouwen

Plannen voor het klimaat, criminaliteit en belastingen: ze stonden allemaal op de agenda van de Rijksoverheid voor Prinsjesdag. Ook voor de woningmarkt presenteerde het kabinet op deze dag enkele maatregelen, waaronder extra geld voor woningbouw.

De komende tien jaar investeert het kabinet 100 miljoen euro per jaar voor het sneller bouwen van betaalbare woningen. In totaal gaat het om één miljard euro voor het bouwen van 900.000 woningen. Dit meldt de NOS.

Het kabinet trok al eerder extra geld uit voor de woningmarkt. In 2019 stopte het kabinet één miljard euro in de pot ‘Woningbouwimpuls’. Hiermee konden gemeenten betaalbare woningen realiseren die financieel eigenlijk niet rendabel zijn. Met dit geld startten tientallen gemeenten woningbouwprojecten. En inmiddels is dit potje leeg.

Vanaf 2022 stelt het kabinet opnieuw één miljard euro extra beschikbaar voor de woningmarkt. Maar presenteerde zij op Prinsjesdag ook maatregelen die op korte termijn de woningmarkt beïnvloeden?

Omstreden maatregelen met effect op kortere termijn uitgesteld

Er is op dit moment een tekort van zo’n 331.000 woningen. En de prijzen van koop- en huurwoningen blijven stijgen. Vooral mensen met een laag of middeninkomen en starters slagen er door de hoge prijzen niet in een betaalbaar huis te krijgen.

De Nederlandse Bank concludeerde het al eerder. Het is niet zozeer het woningtekort waardoor de woningprijzen stijgen. Er liggen vooral financiële oorzaken achter de hoge prijzen.Hieronder valt ook de hypotheekrenteaftrek. Minister van Ollongren bevestigt dat de hypotheekrenteaftrek, net als de lage rentestand, de huizenprijzen opdrijft.

Toch kondigde het kabinet op Prinsjesdag geen maatregelen aan rondom de hypotheekrenteaftrek. Dit is politiek te omstreden en een te grote stap voor een demissionair kabinet.

Dit geldt ook voor het opheffen van de verhuurderheffing voor woningcorporaties. Deze belasting op betaalbare woningen werd in 2013 ingevoerd. Het gevolg was een daling van het aantal door corporaties gebouwde woningen. Trouw concludeert dat dit halveerde. Van 30.000 à 35.000 vóór de invoering van de verhuurderheffing, tot zo’n 15.000 woningen in de jaren erna.

Een meerderheid van de Tweede Kamer pleit voor een afschaffing van de verhuurderheffing. Toch kwam dit niet aan de orde op Prinsjesdag. De grootste partij, de VVD, pleit namelijk voor een aanpassing in plaats van een afschaffing van de heffing.

Prinsjesdag goed voor subsidies, correcties en belastingtarieven

Naast de één miljard euro voor woningbouw, kondigde het kabinet nog een aantal kleinere maatregelen voor de woningmarkt aan. Wegwijs en Vastgoedactueel sommen deze op.

  • Subsidies voor verduurzaming van woningen vanaf 2022 tot 2024: € 288 miljoen voor hybride warmtepompen in woningen en € 514 miljoen voor isolatie van huur- en koopwoningen.
  • Verlenging van de woonsubsidie van 10 miljoen euro per jaar voor kwetsbare en speciale doelgroepen.
  • Het lagere overdrachtsbelastingtarief van twee procent geldt ook bij bijzondere omstandigheden, zoals scheiding of overlijden.
  • Aanpassing van de eigenwoningregeling om onbedoelde beperking van de hypotheekrenteaftrek te voorkomen.
  • Geen overdrachtsbelasting (dit was dit jaar 8%) voor woningen die woningcorporaties en projectontwikkelaars terugkopen van particulieren (‘verkoop onder voorwaarden’-woningen). Zij verkopen de VoV-woningen met korting aan starters en mensen met een lager middeninkomen.
  • Tot 2025 is in totaal € 160 miljoen beschikbaar voor nieuwbouw, onderhoud en verduurzaming van sociale huurwoningen.

Daarnaast is er nog de eerder aangekondigde invoering van de opkoopbescherming. In het Annexum artikel ‘Opkoopbescherming is ter bescherming van wie?’ staan de gevolgen hiervan voor de woningmarkt en de belegger op een rij.

Structureel ingrijpen in de woningmarkt is voor een volgend kabinet

Passend bij de demissionaire status van het kabinet, heeft zij op Prinsjesdag omstreden en controversiële kwesties vermeden. Ondanks de vraagstukken op de woningmarkt zijn er geen ingrijpende maatregelen gepresenteerd om deze aan te pakken. Het meest vergaand is de één miljard euro om de nieuwbouw van woningen te versnellen.

Voor de (particuliere) belegger op de woningmarkt lijkt het voorlopig even status quo. Ingrijpende wijzigingen van wet- en regelgeving zoals de hypotheekrenteaftrek en verhuurderheffing zijn niet van de baan. Deze zijn voor het nieuwe kabinet. Dus er is nog steeds alle reden om de discussies op de voet te blijven volgen.


Gerelateerde artikelen